Dit is niet die fiets die net op marktplaats stond, maar eentje die Ronald kortgeleden had aangeschaft. De fiets heeft ingesoldeerde achterpadden, dus vrij waarschijnlijk jaren ’20. Helaas bleek dat vrijwel alles aan de fiets ooit al eens is vervangen.
De voordrager is een Simplex van na de oorlog. Ik zie die voordragers vrij vaak op niet-Simplexen, dus ik vermoed dat ze ook los te koop waren.
Ingesoldeerde achterpadden:
Framenummer:
Het crankstel heeft een X-patroon kettingblad. Die zijn al minstens sinds begin jaren ’20 in gebruik, dus zou origineel kunnen zijn:
De trapas is een na-oorlogs verchroomd type:
De voornaaf is een verchroomd exemplaar, ook na-oorlogs, van het merk British Hub als ik me niet vergis:
De achternaaf is een Fichtel & Sachs Torpedo uit 1933:
De as uit de achternaaf is uit 1950:
Wery pedalen (zie ook “Lucas” transportfiets van Abram, deel 1):
Het zadel (waarschijnlijk Erjeka):
Het balhoofd lager is hetzelfde als mijn transportfiets uit 1924:
Het meest opvallende is de voorvorkkroon:
Nog een paar details:
Haha jij hebt hem dus gekocht
Jaartje geleden stond die er ook op maar toen was die man heel kort dacht ook geslodeerde pads te zien maar wou niks geen meer foto’s maken
wel een mooi groot frame
Mooi exemplaar wat de moeite zeer waard is.
Het frame lijkt hoog. Is het 24”?
De fiets is inmiddels bij mij aangekomen en verder gedemonteerd.
Ik vermoed dat alles behalve het bovenste balhoofdlager vervangen is. En zelfs dat is niet helemaal zeker.
Wat er over blijft is de uitdaging om van het frame weer een fatsoenlijke transportfiets te maken 🙂
Héél misschien is het bagagerek origineel maar ik denk het niet omdat er een lamphaak aan zit.
Het frame is onmiskenbaar een Göricke maar eigenlijk wordt het de zoveelste Frankenstein.
tja wordt moeilijk om hem orrigineel op te bouwen onderdelen zijn vrij zelfzaam
Origineel wordt het niet maar wél weer een mooie fiets.
Er is inmiddels een vernikkeld balhoofd mét strop, een vernikkelde trapas van Gerkinet met een zware vernikkelde stofkap, een vernikkelde voornaaf, een zwarte remnaaf van Styria, een paar pedalen van Göricke en een paar mooie bolle spatborden van vijf en zestig millimeter breed.
Er is ook nog een onbeschadigde kap voor de voorvork onderweg.
Het is niet helemaal zeker dat de voorvork origineel is. Die was aan alle kanten zo krom als een hoepel maar verrassend genoeg heb ik de binnenbalhoofdbuis zonder vlammetje weer recht gekregen. Ik hoop dat de buis lang genoeg is voor het nieuwe balhoofd.
Het zadel lijkt van Erjeka. De spanschroef was verdwenen maar die zit er ook weer in dus die mag blijven.
De velgen zijn van Lepper en negen en dertig millimeter breed. Er hingen nog een paar crèmekleurige transportbanden van Vredestein onder het plafond die inmiddels op de wielen zitten.
Het lijkt of de fiets een zware herenfiets is met dubbele stang. Misschien kan je het ook een lichte transportfiets noemen omdat de achtervorken en de voorvork smaller zijn dan bij latere transportfietsen. Dat heeft mij op het idee gebracht om ook smalle velgen en spatborden te gebruiken.
Het voorste tandwiel heeft acht en veertig tanden. Dat blijf ik gebruiken.
De velg van het achterwiel was volledig doorgerot maar de velg van het voorwiel bleek nog goed. Weliswaar aangetast maar nog goed genoeg om weer een wiel van te maken maar die is voor een andere fiets. De voornaaf die er in zat was een Engelse Britisch Hub Nr.1 maar die heb ik dus ook weer vervangen.
Morgen ga ik proberen om alle onderdelen die er voor nodig zijn om er mee te kunnen fietsen te monteren.
euh Charles … wel ff paar tussentijdse plaatjes graag???
Morgen maak ik foto’s en stuur ze naar Jeroen 🙂