Nederlandsche Kroon, half-transport uit 1927 deel 2: de onderdelen

Het is weer eens tijd voor een update van de NL Kroon half-transport uit 1927 (framenr 74691, zie eerder artikel). Zoals al eerder gemeld is het frame helaas total-loss. Het frame is sterk opgereden door een harde, frontale aanrijding. Door de klap is de balhoofdbuis ook gestuikt, waardoor de balhoofdlugs niet meer recht tegenover elkaar staan en het stuur niet goed meer wil draaien. Aangezien ik toch nog een frame heb van een heel-transport uit hetzelfde jaar, heb ik alle onderdelen er af gehaald en schoon gemaakt, teneinde ze over te kunnen zetten. Daarbij kwam ik allerlei merktekens tegen, reden genoeg ook de onderdelen eens goed te documenteren. De fiets bleek nog grotendeels origineel, zelfs de trapas, al kan ik die niet gebruiken. Hij is te kort is voor het transport-frame en bovendien enorm versleten. Behalve de trapas, kunnen ook de voorvork en het balhoofd niet worden overgezet wegens een kleinere diameter. Alle andere onderdelen zijn als alles goed gaat op 10 juni te bewonderen op hun ‘nieuwe’ frame, nr 79830.

Allereerst de reden dat ik het frame scrap: zie de knik net onder de bovenste balhoofdlug. De onderste is bijna net zo erg, maar dan de andere kant uit. Zulke knikken zitten bij iedere lug van alle buizen voor de zadelbuis.

Ook de vork heeft een enorme oplazer gehad. De scheden zijn nog redelijk recht, maar de buis is sterk verbogen en ook nog eens gescheurd. De diameter is een standaard 1”, dat was duidelijk niet genoeg. Er staat 10-34 in gestempeld, oktober 1934? Dat is later dan de rest van de fiets, waarschijnlijk is hij dus al eens vervangen.

Het balhoofd lijkt sterk op een Batavus transportbalhoofd uit de jaren 50, dat soms ookn op sommige na-oorlogse Germaan transportfietsen zit (zoals die van Charles). Toch denk ik dat het wel origineel is, want exact zo’n balhoofd staat ook al in de onderdelen-catalogus van Cyrus uit 1915, in te zien bij de documentatiebank van De Oude fiets. Een lang lopend type!

De voornaaf is gemerkt ‘TRADE registered mark’ en ‘made in England’. De as is van Kwinto en is zeker een vervanging. De konussen zijn volgens mij nog wel origineel. Ze hebben een ‘kraagje’ waarvan ik niet begrijp waarom dat er zit, maar in onderdelenfolders tot ver in de jaren 20 is te zien dat konussen zo’n kraagje hebben, daarna niet meer. Een is vaag gestempeld met een 6 (of 9). De kogelbanen zien er nog geweldig uit!

Ook de trapas is gemerkt met ‘TRADE registered mark’ en ‘made in England’, met een typenummer en op de andere kant ‘SP 73-1.7’; januari 1927? Een van de cups is ook van Trade, de andere is een B&W, beiden zonder datum. De kogelbanen van de as zijn zo diep ingesleten dat de as op de randen van de cups heeft gedraaid, best wel lang ook zo te zien.

Beide cranks zijn van het merk ‘SZ’. De 7 eronder geeft de lengte van de cranks aan, 7” ofwel 178 mm. Het kettingblad is een 48 tands transport en gemerkt 106: oktober 1926?

De achternaaf is een Torpedo transportnaaf, dus met een grotere inbouwbreedte. De naafhuls is uit 1926, de meeste onderdelen van het binnenwerk zijn echter met een 27 gestempeld. Hij heeft nog een hevelkonus met een enkele nok om de remhuls te fixeren. Behalve F&S 09 en 27 onder de remhevel, is deze aan de binnenzijde gemerkt met een T; voor ‘transport’? De remmantel en de remhevel zijn beiden vervangen uit 1937, die zijn dus vervangen.

Het zou me niet verbazen als de fiets in- of kort na WOII is weggezet om nooit meer te worden gebruikt. De reden zal ongetwijfeld de schade aan frame en vork zijn, die duidelijk is veroorzaakt door een harde frontale aanrijding. Misschien was dat zelfs al de tweede keer, aangezien de voorvork in 1934 vervangen lijkt te zijn.

Rob

Junker/W.K.C. van Chiel uit 1924 deel 5: zadelpen

Toen ik de Juncker/WKC kocht zat er een rechte, gegalvaniseerde of boerenverchroomde, zadelpen in. De had ik uiteraard al vervangen door een haakse. Door stom toeval vond ik deze mooie toevoeging voor de Juncker/WKC.

Mvrgr. Chiel

Vervolg op:
– Mogelijk vroeg jaren ’20 Juncker/WKC op marktplaats?
Junker/W.K.C. van Chiel uit 1924
Junker/W.K.C. van Chiel uit 1924 deel 2: merkjes
Junker/W.K.C. van Chiel uit 1924 deel 3: afwijkende maten van het balhoofd en de trapascups
Junker/W.K.C. van Chiel uit 1924 deel 4: opbouw

Frankenstein XL 2 van Charles

Het frame met de doorgetrokken split in het trapashuis is inmiddels weer een fiets. Nog zonder spatborden, rek en licht maar ik kan er mee fietsen. Dit is ook weer zo’n frame wat door mij uit het papier is gehaald. Het frame en alle draaiende delen zijn ongebruikt alleen de banden niet. 😄

Het frame had een hoogte van 58cm. Daar is 8cm aan toegevoegd en is nu dus 66cm. De afstand tussen de parallelle buizen is gelijk aan die van de Estafette terwijl dat frame een hoogte van 70cm heeft. De oorzaak zit in de onderste balhoofdlug. Die is bij de Estafette zo gebouwd dat er een afstand zit tussen de buis naar het trapashuis en de onderste parallelle buis die groter is dan bij dit frame. Om de afstand tussen de buizen niet al te groot te laten worden heb ik dit frame ‘slechts’ tot 66cm verhoogd. De wielen hebben velgen van 39mm breed en zijn gespaakt met spaak 12. De achternaaf is een vernikkelde Torpedo van 1940 met een gestempelde 3 wat wil zeggen dat de spaakgaten groot genoeg zijn voor spaak 12.

De voornaaf, een buismodel, heeft ook spaakgaten waar spaak 12 in past dus die heb er ook voor gebruikt.

De spatborden heb ik al maar moeten nog gemonteerd worden. Het rek moet ik nog zoeken.

Het gat in de kroon van de voorvork is niet doorgeboord en dat suggereert dat er een rek zonder bevestiging aan de kroon voor bedacht is. Dat moet ik dus nog vinden.

Het zijn allemaal ongebruikte onderdelen en het fietst dan ook zo. Als een nieuwe fiets.

Het was duidelijk dat er nog nooit wielen in gezeten hadden want alles moest gericht worden.

Om de kettinglijn te laten kloppen is het achterwiel paraplu gespaakt en de achtervork iets naar de ketting toe gericht.

De geografie van het frame maakt samen met de hoogte en de vorm van de voorvork dat de fiets heel fijn in balans is.

De verlenging van de binnenbalhoofdbuis is goed gelukt. Er zitten nog een paar moleculen lucht tussen de buis en de binnenkant van de borgmoer van het balhoofd😎

Charles