FAMA van Charles: weer in elkaar

Ik ben klaar met de FAMA en heb het binnenwerk nog eens bekeken. De drijfkop zelf is nog wel de originele maar dat is dan ook het enige. Ik weet niet of de remhevel wel of niet origineel is. Het is in’t ieder geval zo dat de naaf draait als een nieuwe ?Hierna het verslag.

Toen ik de fiets op ging halen in Lexmond, heb ik er meteen een flinke afstand mee gefietst. De banden opgepomt en naar Tilburg toe. Vijf en zestig kilometer met een bonk in het voorwiel en spaken in het achterwiel die ik er, zo bleek, met de hand uit kon trekken. Dat was in de zomer van 2012. Nu, acht jaar heb ik de fiets nog eens onder de loep genomen en kwam ik er achter dat ik acht jaar geleden nog niet zo precies wist waar ik naar kijken moest. Het lijkt er op dat de fiets ooit een klap van rechts heeft gehad omdat het kettingwiel naar links stond gericht en het balhoofd stond scheef naar dezelfde kant.In het verslag van 2012 schreef ik al dat de fiets de neiging had om naar links te vallen. Ik heb nu pas begrepen dat de oorzaak niet in de vork maar in de stand van de balhoofdbuis zat. Omdat de buizen nog recht waren bleek het betrekkelijk eenvoudig om het te richten. De trapas had twee verschillende konen. Er was al behoorlijk wat aan vervangen toen ik de fiets kreeg en omdat ik nog een as met konen, kogels en cups had met een bijbehorend crankstel van dezelfde maat heb ik dat er in gezet. 17 millimeter dik en 154 millimeter lang. NOS dus dat verslijt ik niet meer. Nieuw achtertandwiel en een nieuwe ketting van UNION, dus eigenlijk en nieuwe fiets. De balhoofdlagers zijn nog onaangedaan, zo goed als nieuw. Ik heb daar in 2012 al nieuwe kogels in gedaan dus die heb ik weer teruggedaan. De achtervork is naar de kettinglijn gericht en de velg naar het frame. Dat gaat over slechts acht millimeter maar daardoor gaat de ketting net wat mooier over de tandwielen. De achternaaf is door de tijd heen gevuld met onderdelen van verschillende leeftijden. Alleen de drijfkop is net als het naafhuis van 1929. Het mag dan oud zijn, het draait als een nieuwe en het remt ook goed. De banden zijn Ortem M-400 van METRO. Ik moest mijzelf even overtuigen van de kwaliteit van deze banden maar ondertussen ben ik om. Mijn favoriete banden zijn altijd de Fat Franks van Schwalbe geweest en die stonden op een gedeelde eerste plaats met die van Dutch Perfect. Deze banden van METRO heb ik op mijn Germaan gelegd en ben er mee gaan fietsen om te kijken wat er gebeurd. Niet veel moet ik zeggen 🙂 Ik was in de veronderstelling dat banden die zo goedkoop zijn niet goed kunnen zijn maar dat beek een vergissing. Zeer slijtvast en weinig rolweerstand. Ik heb er nog geen lekke band mee gehad. Bovendien zijn ze te koop zonder reflexie en zijn ze niet bedrukt met reclame. Het is beslist een mooie fiets maar ik heb er nooit lekker op gefietst. Omdat ik niet had gezien dat het frame krom was wist ook niet dat het daardoor kwam. Ik dacht er al over om de fiets te verkopen ?Nu alles weer mooi in lijn staat kan ik ‘met recht’ zeggen dat het ding gaat als de wind 🙂

Spaken G12, vierkruis.

De voornaaf.

De ‘nieuwe’ as en crankstel.

Ortem M-400 METRO.

En de hele fiets:

Zie eerdere artikelen:
Utrechtse FAMA in Tilburg
Pedalen van de FAMA van Charles
FAMA van Charles: richten van het frame
FAMA van Charles: Torpedo naaf en trapas

FAMA van Charles: Torpedo naaf en trapas

Omdat het frame nu niet alleen recht maar ook naar de kettinglijn gericht is, moet het achterwiel ook weer in het midden gespaakt worden. Daarom heb ik alle spaken er even uitgehaald om een frisse start te kunnen maken ? Omdat ik tegenwoordig meer dan jaren geleden nieuwsgierig ben naar de herkomst en geschiedenis van mijn fietsen heb ik de achternaaf nog eens goed bekeken. De drie voor de spaakdikte had ik al gezien en meteen begrepen dat 28 het bouwjaar is en dus niet 2.8 is (inmiddels bekend dat dat 29 is, Jeroen). Zonder de 3 zou het verwarrend kunnen zijn. Maar op dezelfde hoogte als het bouwjaar staat een 4 het zou een A kunnen zijn maar dat denk ik niet want dan zou die een beetje scheef staan. Verder staat er niet alleen D.R.P. In maar er staat nog & D.R.P. achter met daar weer iets wat lijkt op een 2 maar dan ondersteboven. Kan jij daar hout van bakken? ?

En toen heb ik de trapas ook maar eens beter bekeken en dat is er een van Gerkinet met 38 en een M er in gestempeld. Dat roept meteen weer de vraag op of de fiets zelf nu toch echt van 1928 is of tien jaar jonger ?

Ik ben nog steeds niemand tegengekomen die aan de hand van het framenummer uitsluitsel kan geven, dus voorlopig blijft het nog een raadseltje ? Ik zal de vraag eens bij De Oude Fiets neerleggen. Misschien weet Sjoerd ter Burg er iets over te vertellen.

Charles

Zie eerdere artikelen:
Utrechtse FAMA in Tilburg
Pedalen van de FAMA van Charles
FAMA van Charles: richten van het frame

FAMA van Charles: richten van het frame

De FAMA heb ik weer even uitelkaar gehaald, omdat ik nog helemaal niet had gekeken of het frame nog wel recht was. Dat blijkt niet zo te zijn, dus daar kan ik mooi mijn nieuwe inzichten op loslaten? Ik had wel zo’n vermoeden dat het niet helemaal recht was, maar het gekke is dat het nog wel lekker in evenwicht voelde. De trapas staat scheef ten opzichte van de voorkant van het frame. Best wel veel eigenlijk, maar de buizen zijn nog wel mooi recht. Ik ga nu de trapas er uit halen en het frame met het trapashuis in de bankschroef klemmen om eerst de voorkant te kunnen richten. Daarna de kettinglijn en het achterwiel dan weer zo spaken dat het in lijn met het frame staat. Dan de voorvork controleren en dan moet het weer goed zijn ?

De balk staat parallel met het frame. Het verschil tussen de voor- en achterkant van het tandwiel is ongeveer 9 millimeter.

Ik ga er van uit dat veel transportfietsen niet meer recht zijn en dat het altijd gecontroleerd moet worden. Niet dat het zo erg is als het een beetje scheef staat maar als je zoals veel transportfietsers veel kilometers maakt, ga je dat toch merken. Wat ik leer als ik zo’n frame weer recht trek, is dat er helemaal niet zo veel kracht voor nodig is. Een zogenaamd klein ongelukje kan al voldoende zijn om niet meer helemaal in balans te zijn. Voorlopig ben ik blij dat ik weet waar ik op moet letten en dat ik een stevige werkbank heb. Na meerdere fietsen weer in balans gekregen te hebben blijkt het nu betrekkelijk eenvoudig. Ik heb er nu nog vier die ik ook wil controleren.

Zie eerdere artikelen:
Utrechtse FAMA in Tilburg
Pedalen van de FAMA van Charles

Pedalen van de FAMA van Charles

Hoi Jeroen, Ik heb hier wat leuks voor de site. Dacht je dat je wel eens zware transportfietspedalen had gezien? Het tapeind voor de crank is extra lang, de as is 12mm dik en over de hele lengte, de koon past met ruimte over een achteras van een Torpedo heen, de contramoer is zo groot dat sleutel 18 nodig is en de assen door de blokken zitten zijn 6mm dik. Ik ken het logo op de doppen niet maar het zijn twee personen die met hun voet op een cirkel staan met een letter er in die op een P lijkt. Samen vormen de personen een M. Links en rechts staat een G die lijkt op het bekende logo van de lugs, Gwh.

Zie ook eerder artikel van de FAMA van Charles: Utrechtse FAMA in Tilburg

Utrechtse FAMA in Tilburg

Hoi Bas,

Vorige week donderdag heb ik een transportfiets van het merk FAMA opgehaald in Lexmond.
Herbert Kuner heeft me het een en ander verteld over de achtergronden van dit merk. Er is wat meer info te vinden op zijn site rijwiel.net.
Met de trein en de bus er naar toe en op de pas aangeschafte fiets weer terug naar Tilburg.
Er waren een paar dingetjes niet helemaal zoals het hoort maar over het algemeen was er goed mee te fietsen.
Ondanks de weersvoorspellingen die 15mm regen beloofden was het het mooiste weer wat je je als fietsen maar kunt wensen en met mijn prachtige ‘nieuwe’ fiets onder mijn kont kon ik niet anders dan me de Keizer van China wanen. Vier uur later was ik weer thuis en had vijfenzestig kilometer achter me gelaten.
Overigens een prachtige rit door veel natuur en agrarisch gebied die ik een ieder aan kan raden maar misschien was ik een beetje bevooroordeeld.

De vorige eigenaar is nog een stuk met me mee gefietst tot Leerdam om me daar de mooiste route te wijzen.
In Tilburg meteen naar mijn werkplaats om het achterstallig onderhoud in te halen.
Het voorwiel is inmiddels overgespaakt met oude spaken.
De ‘bobbel’ of hoogteslag is er uit en zat in de velg maar dat was niet echt een probleem. Ik dacht eigenlijk dat de band er niet goed op lag maar na controle weer opgepompt en was het nog steeds voelbaar. Een zijwaartse slag zat er ook in.
De oude spaken zaten zo vast in de nippels dat er niets meer te stellen viel dus die heb ik er maar uitgeknipt en vervangen door goede gebruikte.
Het ziet er uit of er nooit iets aan gedaan is.
De kogels en conen van het voorwiel waren ook op dus ook maar nieuw.
Het viel me daarbij op dat er 7/32″ kogels in zaten. Die heb ik maar vervangen door 1/4″. Dat draaide toch wat beter. Het is de zelfde lagering als de kleine cone aan de tandwielkant van een Torpedo.
‘k Heb gelukkig nog een laatje met van die dingen in mijn voorraadkast.
Ik had nog zo’n zelfde Vredestein Transport Extra Zwaar in de kleur crème liggen als er op zat maar dan iets minder versleten.
De oude band hield goed lucht en de binnenband kwam ook nergens naar buiten. En vijfenzestig kilometer is ook maar een kippe eindje.
Al met al weer een prachtig wiel geworden.

Het achterwiel was ook lachen. Op enig moment wilde ik het wiel weer vastzetten en om het te richten trok ik even aan een spaak. Die trok ik er zo uit! Nog niet eerder meegemaakt maar op een bepaalde manier ook wel weer leuk om te weten dat je daar toch nog 65km mee kunt fietsen.
De spaken waren vlak bij de nippel zo ver verroest dat je er bijna doorheen kon kijken.
De naaf is een Torpedo uit 1928. Na een schoonmaakbeurt van binnen en van buiten bleek er een drie in te staan wat staat voor spaakgaten bedoelt voor G12
Die gaan er dus weer in maar die heb ik niet meer gebruikt dus ik zit er over te denken om ze zwart te maken met een mix van zwarte lak en Owatrol. Ziet er een beetje ‘vies-oud’ uit.
Dat moet ik nog doen.

Het achterpad is iets breder dan de Torpedo naaf dus er zal wel een doortrapper ingezeten hebben maar dat vind ik geen optie tegenwoordig.
Het probleem daarbij is dat de kettinglijn niet meer helemaal klopt. Scheelt ongeveer een centimeter. Het maakt verder geen herrie tijdens het fietsen.
Er is een manier om het te verhelpen maar dan moet ik de liggende achtervork gaan richten en het wiel ‘paraplu’ spaken. Dat is tenminste de theorie.
Dat wordt maar niet in de praktijk gebracht. Zo fiets ie ook lekker.

De trapas die er in zit voelt zeer solide aan en gaat rond als een zonnetje.
De trapas heeft twee verschillende conen (ooit vervangen) die ‘omgedraaid’ zijn. De cone waarmee je de as kunt stellen zat aan de kettingkant.
In één cone zit een klein putje. Heb ik maar weer teruggezet.
De cups zijn meestal nog goed. Zo ook deze. Lekker laten zitten.

De linker en rechtercranck die er op zaten zijn beide wel van een transportfiets maar horen niet bij elkaar.
Het voorste tandwiel is samen met de rechter en linker cranck door mij vervangen door een, ook vernikkeld, cranckstel wat wel een stel is en nog redelijk mooi in de nikkel zit

De pedalen zijn helemaal een verhaal apart. Moet je voorstellen, de contra ‘moertjes’ om de coontjes op zijn plek te houden moet je verstellen met sleutel 18. Oók nog niet eerder gezien. Meestal is dat 11. De as is aan het eind dikker dan de as van een achterwiel.

De voorvork moest ook gericht worden maar die staat ook al weer recht. Het is gelukkig goed gelukt.
Het viel me op dat de fiets tijdens het fietsen de neiging had om ‘naar links te vallen’. Eergisteren een eerste proefritje gemaakt zonder de voorste bagagedrager. Zonder handen aan het stuur kan ik ‘kaars-rechtop’ blijven zitten. Daar werd ik dan weer blij van.
Factor geluk doet altijd een duit in het zakje bij dergelijke experimenten.

En lakken doe ik niets aan de fiets. De lak is weliswaar beschadigd maar niet zo dat het lelijk is. Kwestie van smaak natuurlijk maar daar valt niet over te twisten.
Gewoon lekker oud laten.

Het is te zien dat er in het verleden aan gesleuteld is om de fiets te onderhouden. Vandaar dat ie er nog is.

De houten handvatten zijn gemaakt door Mr. van Kulsdom die ik heb leren kennen bij stoomhoutzagerij Nahuis.
Die heeft dat perfect gedaan omdat de handvatten weliswaar moeizaam over de stuurbuis te schuiven waren maar ze gingen er helemaal op en zitten goed vast.

Het licht is van Lohmann. Er staat op de dynamo dat ie 10 volt geeft maar volgens mij is de magneet niet meer helemaal de oude en komt er nu wat minder Ampère uit. Hij doet het nog wel.

Het framenummer is 05867 en het vermoeden is dat de fiets van de vroege jaren dertig is maar daar mag iedereen het zijne aan toe voegen.

Groetjes van mij,
Charles Waagenaar