Het framenummer is heel kenmerkend. Niet op de zadellug, maar op de lug daaronder. Dat ben ik nu al twee keer eerder tegengekomen, waaronder deze. Ook heel typisch voor deze frames zijn een trapashuis met BSA type trapas, maar zonder klembouten of klemspietjes. De cups worden vastgezet met borgring, net zoals bij latere BSA trapassen.
Op de voorvork:
Het ACS logo betekent dat deze van 1936 of eerder is. In 1935 werd het overgenomen door Kronprinz, en vanaf dat moment RHC.
Het nummer 188 staat ook op de linker crank:
En nog letters op de buitenkant, maar die zijn niet goed zichtbaar.
De rechter crank is best interssant, los van dat het precies het exemplaar is van Juncker uit 1928. Het kettingwiel zit op de crank geschroeft, en geborgd met een borgmoer:
Dit komt overeen met de Göricke folder van omstreeks 1928-1930.
Op het kettingblad staat BTS Williams. Dit heeft blijkbaar geen relatie tot de wel bekende Williams kettingbladen, want het typische Williams logo ontbreekt. Wel staat er een kroontje op:
De trapas, een Bayliss Wiley No. 3:
Een van de cups:
De Pranafa (Solingen, Duitsland) voornaaf:
Een Pranafa voornaaf zit ook op de Joka/Magneet stafiets.
De fiets inmiddels met transportfiets stuur, andere rechter crank en zadel:
Zie eerder artikel: